Wanneer en hoe gebruik je een draagzak of draagdoek?

Misschien heb je al een draagzak of draagdoek gekocht met hulp van onze kooptips. Of sta je op het punt om één van deze buikdragers te kopen. Een buikdrager kan je al vanaf dat je kind geboren is gebruiken. Ik raad je wel aan om extra voorzichtig te zijn totdat je kindje 4 maanden is, omdat zijn nekspieren nog niet sterk genoeg zijn. Meer erover weten? Dat lees je hieronder. Ik geef je ook graag wat tips mee zodat je de draagzak of draagdoek veilig kunt gebruiken.

Vaak kan je draagdoeken al gebruiken vanaf de geboorte. Voor draagzakken is dit meestal afhankelijk van het gewicht van je kindje. In de instructie staat vanaf welk gewicht je de draagzak kan gebruiken. Je baby zit met opgetrokken knietjes in de doek, ook wel kikkerhouding of M-houding genoemd. Het zitvlak moet dan ook breed genoeg zijn, zodat de benen niet recht naar beneden hangen. 
Wees bij het dragen extra voorzichtig bij de baby's tot ongeveer 4 maanden. Je baby kan namelijk het hoofdje nog niet goed rechtop houden. Daardoor kan je kindje in een drager onderuit zakken met het kinnetje op de borst, zeker als het in slaap valt. Dit is gevaarlijk, omdat je baby daardoor minder goed kan ademen. Zorg dat je je baby altijd goed in de gaten kunt houden. Dit betekent dat het hoofdje van je kindje zo hoog komt dat jij als drager een kusje op zijn hoofd kan geven. Twijfel je of je kindje goed in de drager zit? Laat je dan adviseren door een deskundige (een kinderfysiotherapeut of draagdoekconsulent). 

Is je baby te vroeg geboren of heeft je kindje een beperking? Overleg dan altijd met een behandelend specialist. Eventueel combineer je dat gesprek met een adviesgesprek bij een draagdoekconsulent.

• Als je voor het eerst een draagzak of draagdoek gaat gebruiken, is het belangrijk dat je 'm goed omdoet of vastmaakt. En na het gebruik ook weer goed afdoet of losmaakt. De meeste fabrikanten maken hier filmpjes voor en anders vind je ze zeker op YouTube. Bekijk de filmpjes goed en oefen vooral ook. Eerst zonder kind en daarna met je kind. Lees natuurlijk ook altijd de gebruiksaanwijzing.
• Wees je ervan bewust dat jouw evenwicht verandert bij het dragen van een buikdrager. Je hebt opeens meer gewicht op je buik of borst. Oefen eerst korte stukjes, zodat je kan wennen aan het gewicht. En let ook op als je wilt bukken; zak dan altijd eerst door je knieën.
• Met een kindje op je buik, zie je niet goed waar je je voeten neerzet. Loop dus rustig en kijk goed om je heen, zodat je niet struikelt. Het klinkt heel logisch, maar we benoemen het toch.

• Hoe makkelijk het ook lijkt, het is niet veilig om je kind in een draagzak of draagdoek mee te nemen op de fiets. Er zijn veiligere manieren om je baby op de fiets te vervoeren.
• Draag je kind ook niet in een draagzak of draagdoek in de auto, op de motor of tijdens het sporten (bijvoorbeeld skaten).
• Het is fijn om tijdens het koken je handen vrij te hebben, maar draag je kind tijdens het koken nooit op je buik. Je kind loopt dan het risico op verbranding door spetters, of vuur.
• Bedek nooit volledig het gezichtje van je baby met de draagdoek of de stof van de draagzak.
• Draag je kind nooit onder een dichte jas, dat is al snel te warm. Als je de draagdoek of draagzak onder een jas wil gebruiken, dan moet het gezichtje altijd boven de jas uitkomen.
• Geef geen borstvoeding als je baby in de draagzak zit, omdat de houding dan niet meer veilig is en je geen goed zicht meer hebt.
• Gebruik de buikdrager niet als vaste slaapplek voor je baby. De veiligste slaapplaats voor een baby is een eigen wiegje of ledikant.

De voorgevormde draagzakken kun je gebruiken totdat je kind 15 kg weegt. Kijk bij de instructies van de draagdoek tot welk gewicht deze geschikt is. Dat verschilt namelijk per draagdoek.